Nooit opgeven

‘Nooit opgeven’ klinkt heel stoer. Dit gaat ook gepaard met trots. Nooit opgeven staat ergens voor. Je bent sterk, onverwoestbaar, niet te stoppen, een volhouder. Wie wil die heldhaftigheid nou niet? Een volhouder wint, zeggen ze. Je moet er doorheen, zult er sterker uitkomen. Laat je inspireren en houd vol. En wees op jouw beurt een inspiratiebron als nooit-opgever. Of toch beter van niet? Het kan je uitputten.

Dood paard

Recht tegenover nooit opgeven ligt een dood paard. Je trekt en sjort, duwt en port. Wat je ook doet, er komt nauwelijks of geen beweging in. Volgens de stammenwijsheid van de Dakota-indianen is afstappen de beste strategie als je ontdekt dat je op een dood paard rijdt. In ons leven hanteren wij echter andere strategieën. De theorie van het dode paard is goed online te vinden. Het is grappig, maar evengoed om te huilen. Zo herkenbaar binnen organisaties. Opgeven zien we als falen. Zwak. Zo hebben we dat geleerd. Kom voor jezelf op, geef je niet gewonnen. Vecht voor wat je waard bent. Ai.

Onbestendig gevoel

Maar hoe herken je een onbegonnen zaak? Wanneer is het moment om te stoppen? Zelf ben ik gek op paarden, maar niet op de spreekwoordelijke dode of stervende. Je onderbuik zal jou vaak vertellen wanneer je trekt aan een dood paard. Misschien herken je het niet meteen of ben je vergeten te luisteren. Misschien heb je voor jouw gevoel er nog niet alles aan gedaan of doen andere mensen alsof er nog leven in zit. Wanneer dat onbestendige gevoel blijft mekkeren, en je niet tegen beter weten in dit gevoel negeert, herken je al snel een dood paard, een slechte relatie, beroerde collega’s of een dito project.

Wegwezen, stoppen, andere dingen doen

Streven naar minder weerstand is misschien juist heel slim. Als je dit niet van nature kunt, bezorgt dat jou een gek gevoel. Heb je meegekregen dat opgeven geen optie is, dan zul je langer aan het dode paard trekken dan goed voor je is. Haal de last van jouw schouders. Opgeven is altijd een optie. Soms is dat gewoon beter. Als je dit inziet, sta je beresterk.