NEE zeggen

Column-NEE zeggen blijft lastig.  Ergens hangt min of meer een zwaard van ‘aardig willen’ zijn boven je hoofd. Aardig zijn is aangeleerd. Of is het erfelijk bepaald? JA zeggen wordt van je verwacht. NEE zeggen afleren begint als je peuter bent. Daarvoor doen wij als ouders ons best.
De zogenoemde koppigheidsfase trotseren mama en papa wat lachend, maar het merk IK heeft daarin
al een behoorlijke basis.
Mensen die NEE zeggen noemen we koppig. Egocentrisch in het leven staan hoort niet. Mijn kinderen roepen dagelijks NEE. Ik word er gek van en mijn echtgenoot ook.
Met allerlei kwinkslagen probeer je het kroost toch zover te krijgen. Door en door verwennen is ook not done en toegeven is zwak. Toch? Of zijn wij de enigen? Ik moet in ieder geval dagelijks buiten mijzelf treden om een beetje een leuke moeder te blijven, creatief te zijn en dit op kindniveau op te lossen.
Je gunt je kind eigenheid tot in het redelijke.
Geduld is een schone zaak, maar ergens is dat bij mij misgegaan. Toch, ik doe mijn best.
Als je als volwassene NEE moet verkopen, is er vaak een interne worsteling die binnen enkele seconden plaatsvindt. Je komt in de knoei en voelt je koppig. Misschien zelfs wel weer kind. Als je dan toch NEE zegt, begint de verkoop van NEE. Je bent niet koppig, maar hebt goede redenen. Je wilt het graag uitleggen, toestemming van de andere partij krijgen, vraagt of smeekt om begrip, wilt voelen dat het nog oké is tussen jullie. Een arsenaal verantwoording trek je uit de kast. Uitleg over waarom het niet kan, niet hoeft of dit keer niet uitkomt. Zo druk. Voel me niet zo lekker, dus als je het niet erg vindt? Een andere keer, goed? Je moet van goede, assertieve huize komen wil je een volgende keer weer NEE zeggen. Ik bedoel: als het dan weer niet uitkomt, wat dan? Vermijden is dan het volgende wapen in de strijd tegen niet NEE durven zeggen. Achter de verwarming duiken als iemand aanbelt of de steeg in schieten bij de HEMA wanneer er in de verte iemand aankomt die wat van je moet.
Heb je eenmaal NEE gezegd, dan blijft nog uren een vaag onderbuikgevoel hangen. Zeker als de ander toch blijft aandringen, teleurgesteld kijkt en op je gevoel blijft spelen. Lijken ze dan ook nog op je dominante vader of moeder, dan zijn er helemaal flashbackgevoelens die opspelen. Nou, sta dan nog maar eens assertief in je schoenen. Volhouden geblazen dus. Dit onnatuurlijke gevoel accepteren en niet in je oude patroon schieten om te plooien is een kwestie van trainen. Begin maar eens bij verkopers of bellers die rond etenstijd een enquête willen doen. Hier liggen prachtkansen om assertiviteit te oefenen. “Heeft u even tijd?”
“Nee, ik heb geen tijd.” Of: “Nee, ik heb geen interesse.” En alleen dit herhalen als de verkoper blijft aandringen. “Nee, dank u wel. Ik heb geen interesse en wens u nog een prettige avond.”
Niet dat ik hier wil beweren dat aardig zijn en JA zeggen foute boel is, maar wel als mensen steeds over
je grenzen mogen gaan. Dan komt het merk IK in de knoei en blijft er weinig eigenheid over. Lastig hoor, NEE zeggen!

Nanda Hey,
Communicatie & trainingsBureau NR. 10