Column- Geduld

Geduld is het vermogen om (lang) te wachten zonder ongeduldig te worden. Maar wat is lang? En wat doe je als je ongeduldig wordt? Of je geduld verliest? Wat duld je nog? Wat vraag je precies als je een ogenblikje geduld vraagt? Wanneer stel je iemands geduld op de proef? Geduld slaat ook bruggen tussen mensen. Lees maar.
Als je geduldig moet zijn, betekent dit dat je moet aanvaarden dat iets langer duurt dan je had verwacht of had gehoopt. Misschien ligt je tempo hoger, misschien heb je de zaak onderschat. Het heeft ook wel iets van je kunnen overgeven, want de omstandigheden zijn nu eenmaal zo. Overgeven aan het lot, de situatie en misschien dit keer van levensbelang. Een ongeduldig karakter moet ook wel geduldig kunnen zijn. Het valt te leren, lijkt mij, al dan niet gedwongen. Ongeduldige rijders zijn vast geduldiger als ze eenmaal verongelukt op de operatietafel liggen. Neem aan dat ze niet halverwege weglopen, omdat ze vinden dat het nu wel genoeg is geweest. Is geduld altijd een schone zaak? Iets met zorg uitvoeren of een precisiewerkje tot een goed einde brengen, vraagt geduld. Wel een schone zaak. Is geduldig keer op keer je beurt afwachten en anderen je grenzen laten overgaan een schone zaak? Wat mij betreft niet.
Pontje in Franeker
De Stationsbrug in Franeker was gestremd van 19 tot en met 31 maart. Deze brug moe(s)t worden vervangen. De brug is een belangrijke verbinding tussen Zuid- en Noord-Franeker. Tijdens de bouwwerkzaamheden was er een pontje aanwezig voor fietsers en lopers. Hoewel tijdelijk best wel lastig voor alle mensen die van de ene kant naar de andere kant moe(s)ten en weer terug. Over geduld gesproken. Het ging, zeker in het weekend, helemaal niet zo snel. En het opladen van de pont was ook een bijzonder moment om vanaf de kant te mogen aanschouwen. Ook dat vrat nogal wat energie bij sommige stuurlui aan wal. Het was beslist de moeite waard om een keer van noord naar zuid af te reizen met fiets en kind om wat boodschappen te halen.
Aansluiten of voorpikken
De moedeloosheid op het gezicht van sommigen als ze kwamen aanrijden op de fiets. Ze moesten aansluiten achter in een rij, waarvan ze ondertussen wisten dat dit zo’n twee vaarbeurten zou duren. Misschien wel de zoveelste keer die week. Er was ook een verliefd stel met alle geduld van de wereld. Alleen oog voor elkaar. Een jongen zette bij aankomst zijn fiets gelijk vooraan. Hij mocht niet mee van de ´pontsvrouw´ en moest ook zijn beurt afwachten. Hij ergerde zich, was boos en schikte zich nog maar net. Hij moest wel. Het duurde toch even voor die lading weg was. Een rood hoofd tot in zijn nek. Zijn bruine ogen schoten van links naar rechts. Alles kwam weer in normale proportie toen hij zes driftige trekken van zijn, pas opgestoken, sigaret had genomen. Driftkop of op hete kolen? Zo inschattend allebei. Maar ja, weet ik veel. Misschien was hij te laat vertrokken en moest hij naar zijn zieke moeder, naar zijn onregelmatige dienst of moest hij zich melden bij justitie met een plank in z´n broek.
Enkele mensen misten hun trein, maar bleven geduldig wachten. Bewonderenswaardig. De grappen vlogen over en weer tussen twee jongeren. Een telefoontje werd gepleegd over of het ´bier´ nog koud stond. Twee bekenden van elkaar knoopten een gesprek over vroeger aan. Ondertussen kijk ik naar een meneer die komt aanwandelen en stilletjes voor twee jonge ouders gaat staan. Het valt niemand echt op. Mij wel. Hij lijkt heel aardig. Knoopt ook even een praatje aan. Toch pikt hij voor. Hoe zit dat tijdens situaties die er echt toe doen?
Tijdens de overtocht vraag ik mij af waarom er in het weekend niet gewerkt wordt aan de brug. Want niet alleen met geduld, maar zeker ook met tijdswinst bouw je bruggen, nietwaar?

Geduld is het vermogen om (lang) te wachten zonder ongeduldig te worden. Maar wat is lang? En wat doe je als je ongeduldig wordt? Of je geduld verliest? Wat duld je nog? Wat vraag je precies als je een ogenblikje geduld vraagt? Wanneer stel je iemands geduld op de proef? Geduld slaat ook bruggen tussen mensen. Lees maar.Als je geduldig moet zijn, betekent dit dat je moet aanvaarden dat iets langer duurt dan je had verwacht of had gehoopt. Misschien ligt je tempo hoger, misschien heb je de zaak onderschat. Het heeft ook wel iets van je kunnen overgeven, want de omstandigheden zijn nu eenmaal zo. Overgeven aan het lot, de situatie en misschien dit keer van levensbelang. Een ongeduldig karakter moet ook wel geduldig kunnen zijn. Het valt te leren, lijkt mij, al dan niet gedwongen. Ongeduldige rijders zijn vast geduldiger als ze eenmaal verongelukt op de operatietafel liggen. Neem aan dat ze niet halverwege weglopen, omdat ze vinden dat het nu wel genoeg is geweest. Is geduld altijd een schone zaak? Iets met zorg uitvoeren of een precisiewerkje tot een goed einde brengen, vraagt geduld. Wel een schone zaak. Is geduldig keer op keer je beurt afwachten en anderen je grenzen laten overgaan een schone zaak? Wat mij betreft niet.

Pontje in Franeker
De Stationsbrug in Franeker was gestremd van 19 tot en met 31 maart. Deze brug moe(s)t worden vervangen. De brug is een belangrijke verbinding tussen Zuid- en Noord-Franeker. Tijdens de bouwwerkzaamheden was er een pontje aanwezig voor fietsers en lopers. Hoewel tijdelijk best wel lastig voor alle mensen die van de ene kant naar de andere kant moe(s)ten en weer terug. Over geduld gesproken. Het ging, zeker in het weekend, helemaal niet zo snel. En het opladen van de pont was ook een bijzonder moment om vanaf de kant te mogen aanschouwen. Ook dat vrat nogal wat energie bij sommige stuurlui aan wal. Het was beslist de moeite waard om een keer van noord naar zuid af te reizen met fiets en kind om wat boodschappen te halen.

Aansluiten of voorpikken
De moedeloosheid op het gezicht van sommigen als ze kwamen aanrijden op de fiets. Ze moesten aansluiten achter in een rij, waarvan ze ondertussen wisten dat dit zo’n twee vaarbeurten zou duren. Misschien wel de zoveelste keer die week. Er was ook een verliefd stel met alle geduld van de wereld. Alleen oog voor elkaar. Een jongen zette bij aankomst zijn fiets gelijk vooraan. Hij mocht niet mee van de ´pontsvrouw´ en moest ook zijn beurt afwachten. Hij ergerde zich, was boos en schikte zich nog maar net. Hij moest wel. Het duurde toch even voor die lading weg was. Een rood hoofd tot in zijn nek. Zijn bruine ogen schoten van links naar rechts. Alles kwam weer in normale proportie toen hij zes driftige trekken van zijn, pas opgestoken, sigaret had genomen. Driftkop of op hete kolen? Zo inschattend allebei. Maar ja, weet ik veel. Misschien was hij te laat vertrokken en moest hij naar zijn zieke moeder, naar zijn onregelmatige dienst of moest hij zich melden bij justitie met een plank in z´n broek.
Enkele mensen misten hun trein, maar bleven geduldig wachten. Bewonderenswaardig. De grappen vlogen over en weer tussen twee jongeren. Een telefoontje werd gepleegd over of het ´bier´ nog koud stond. Twee bekenden van elkaar knoopten een gesprek over vroeger aan. Ondertussen kijk ik naar een meneer die komt aanwandelen en stilletjes voor twee jonge ouders gaat staan. Het valt niemand echt op. Mij wel. Hij lijkt heel aardig. Knoopt ook even een praatje aan. Toch pikt hij voor. Hoe zit dat tijdens situaties die er echt toe doen?

Tijdens de overtocht vraag ik mij af waarom er in het weekend niet gewerkt wordt aan de brug. Want niet alleen met geduld, maar zeker ook met tijdswinst bouw je bruggen, nietwaar?